Romeinse mythologische namen 

De namen van de bergen en de vingers in de hand zijn  aan de Romeinse mythologie ontleend.

 

Het is niet toevallig dat de namen van de bergen en de vingers aan de Romeinse mythologie ontleend zijn. Archeologische vondsten van voorwerpen uit de oer historie bieden ons de mogelijkheid iets te begrijpen van wat onze voorvaderen beleefden evenals van de oeroude mythen die in alle oude culturen te vinden zijn. Deze ‘oer belevingswereld’ is nu nog te vinden bij primitieve volkeren in bijvoorbeeld Indonesië of Australië. Deze beelden of werelden die voor iedereen dezelfde betekenis hebben zijn psychische verworvenheden die sinds de oertijd de geschiedenis van de mensheid weerspiegelen. Ook de Grieken en Romeinen wisten van deze oeroude belevingswereld af die in ons onderbewustzijn leeft.

 

Carl Jung was de eerste psychiater die daar aandacht aan besteedde. Hij gebruikte de term ‘collectief onderbewustzijn’ en noemde de beelden die erin besloten lagen ‘archetypen'.

Het is opvallend dat de verschillende Romeinse goden ieder zo’n archetype belichamen. De betekenis van de vingers en de bergen worden voor een deel bepaald door deze archetypen en daarom hebben ze in de Handleeskunde de overeenkomstige mythologische namen gekregen.

In onze eeuw is het vooral de onderzoeker Mircea Eliade geweest die het verband van archetypen met archeologische vondsten, primitieve volkeren en mythen wist te leggen. Het belang van zijn werk was dat we niet alleen de oerhistorie leerden kennen maar ook dat we deze gevoelsmatig vanuit onze eigen psyche kunnen begrijpen en daarmee ook onze diepste drijfveren.

 

-o00o-